Zonnestelsel

Zon

Een relatief kleine en koele ster aan de buitenkant van de Melkweg, bijna vijf miljard jaar oud en met nog eens vijf miljard jaar voor de boeg. Dan wordt de zon eerst zo groot als de huidige aardbaan en schrompelt vervolgens inéén tot een witte dwerg, even klein als de aarde.

Mercurius

De kleinste planeet, niet veel groter dan de maan en net als de maan zonder dampkring en overdekt met inslagkraters uit de beginperiode van het zonnestelsel, toen de planeten veel vaker werden getroffen dan nu.

Venus

De naaste buur van de aarde.  Venus heeft ook een dampkring, maar veel dichter dan de onze.  Hij bestaat vooral uit koolstofdioxide, met bovenaan ondoorzichtige wolken zwavelzuur.  Het broeikaseffect levert een temperatuur van 475 graden Celsius op het zwaar vulkanische oppervlak.

Aarde en Maan

De aarde is de enige planeet waarvan de naam niet komt uit de klassieke Grieks-Romeinse mythologie.  De aarde is blauw:  het is ook de enige planeet die grotendeels is bedekt met water.  De ontdekkingsgreizigers van weleer bevoeren de aardse oceanen; in onze tijd vormen ruimtemissies naar de andere planeten het equivalent.

Mars

Mars is rood van de woestijnen die het oppervlak bedekken.  Ooit is er veel water geweest, maar of zich daarin leven heeft ontwikkeld is een open vraag.  Het is er nu erg droog en koud; de dunne atmosfeer houdt geen warmte vast.

Jupiter

De grootste planeet, driehonderd maal zo zwaar als de aarde.  Een gasreus, vooral bestaand uit waterstof- en heliumgas.  Galilei ontdekte de vier grootste manen (Io, Europa, Ganymede, Callisto) in 1610 en stelde vast dat ze om Jupiter draaien - niet om de aarde!

Saturnus

De planeet met de moooiste ringen in het zonnestelsel.  Galilei zag al in 1610 dat er iets aan Saturnus uitsteekt maar pas in 1656 stelde de Nederlander Christiaan Huygens vast dat het om ringen gaat.  Ze bestaan vooral uit ijskristallen die in eigen banen rond Saturnus draaien, net zoals de planeten om de zon.

Uranus

De eerste planeet die per telescoop is ontdekt, door William Herschel in 1781, omdat hij niet met het blote oog waarneembaar is. De draaiingsas van Uranus staat bijna haaks op het baanvlak zodat dagen en nachten bij de polen tientallen jaren duren.

Neptunus

Ontdekt in 1846 nabij de plaats waar hij door Adams en LeVerrier was voorspeld op grond van onregelmatigheden in de baan van Uranus; sindsdien legde Neptunus pas één rondje om de zon af. Neptunus en Uranus zijn gasreuzen die qua samenstelling lijken op de kernen van Jupiter en Saturnus.

[Pluto]

Pluto, ontdekt in 1930, gold lang als de negende planeet maar werd in 2006 gedegradeerd tot dwergplaneet:  planetoïde nummer 134340.  Een van de vele kleinere objecten die om de zon draaien, en niet eens het grootste (dat is Ceres).  Planetoïde 12695 heet Utrecht.  Enkele honderden zijn naar Nederlanders vernoemd, meest sterrenkundigen.